Bijzonder en toch niet bijzonder
Een schijnbaar alledaagse bergsportreis naar het grensgebied van Duitsland en Oostenrijk. Voor de deelnemers was hij zeker niet alledaags. Negen mensen met een verstandelijke beperking gingen in 2002 op stap met drie vrijwilligers die ruime bergsportervaring hebben. Uit de legaatfondsen van de NKBV kregen zij subsidie.
Het was de eerste keer dat het reisbureau van Stichting Amarant zo'n reis organiseerde. Amarant is een dienstverlenende instelling op het gebied van wonen, werken en vrijetijdsbesteding aan mensen met een verstandelijke handicap in de regio Midden-Brabant. Het reisbureau organiseert zijn reizen op basis van de wensen van deelnemers die er gewoon voor betalen, net als bij een regulier reisbureau. Door de bijdrage uit de legaatfondsen van de NKBV was er wat extra ruimte in het budget. De deelnemers kregen een gratis lidmaatschap voor de duur van een jaar en de kosten van een rit met een kabelbaan zouden worden vergoed. Uiteindelijk is deze vergoeding gebruikt voor de taxikosten voor het vervoer van een deel van de groep naar het Hahlkogelhaus.
Op zondag 11 augustus verzamelt zich voor Wijkcentrum Uilenburg in Hilvarenbeek ons gezelschap. Het is vijf uur in de ochtend, alle rugzakken zijn gepakt en iedereen heeft er zin in. Hier kijken we al meer dan een half jaar naar uit. De meesten zullen voor het eerst kennismaken met de bergen en hutten van de Duitse en Oostenrijkse Alpen. Ook staan er activiteiten als raften en klettersteigen op het programma.
Het weer en de sfeer zijn prima en alles verloopt voorspoedig tot de bus na zo'n 400 km begint te slingeren. We stoppen; de rechter achterband is hartstikke plat. Na twee uur oponthoud kunnen we weer de weg op. Mag de pret niet drukken. Het is nog steeds uitstekend weer, de sfeer blijft goed en we hebben de tijd. Hoe dichter we echter bij Oostenrijk komen, hoe donkerder het begint te worden en na korte tijd begint het te regenen. Aanvankelijk een beetje, maar al snel gaat dat beetje over in een hoosbui die voorlopig niet zal ophouden.
Op Camping Fernsteinsee, een paar kilometer voorbij de Fernpass, zijn de tenten 's avonds snel opgezet en ligt de bagage er zo in. Tijd om te eten. Op het overdekte terras van de camping doen we ons te goed aan soep en hotdogs. Gaat er wel in na een dag rijden.
Als we om elf uur ons bed willen op zoeken, blijken drie van de vier tenten te lekken. Het lijkt ons geen succes om hier in te gaan liggen, dus we verhuizen al onze spullen naar de Gaststube van de camping. Stoelen en tafels gaan aan de kant, matjes en slaapzakken op de grond en slapen. Morgen zien we wel verder.
De volgende ochtend stapt de beheerder van de camping om zeven uur de Gaststube binnen. Zonder iets te zeggen verdwijnt hij weer, om vervolgens terug te komen met een fototoestel. Dit ziet ook hij niet iedere dag. Hij is zeer gastvrij en we mogen alle tijd nemen om op te staan en te ontbijten. Vervolgens heeft hij ook nog een ruimte waar we onze spullen mogen achterlaten. Dan vertrekken we richting Hammersbach in Duitsland, van waaruit we door de Höllentalklamm naar de Höllentalangerhütte willen lopen. Hier gooit het weer roet in het eten. We kunnen niet door de kloof vanwege het vele water en ook de kabelbaan naar het Kreuzeckhaus blijkt buiten bedrijf. Uiteindelijk troosten we onszelf met koffie en Apfelstrudel en gaan we terug naar de camping. Het regent nog steeds...
De volgende ochtend ondernemen we een nieuwe poging. De Höllentalklamm blijkt weer open te zijn en we kunnen in de Höllentalangerhütte terecht doordat een aantal mensen heeft afgezegd vanwege het weer. Vanaf dit moment klaart het echter op. De zon komt door en de rest van onze vakantie zal het uitstekend blijven. Deze keer verloopt alles voorspoedig en met de hele ploeg bereiken we de hut. Vooral de kloof maakt op de meesten een overweldigende indruk. Dat doet deze groep trouwens ook op de Hüttenwirt en zijn vrouw. Beiden zeggen minstens vijf keer dat ze het zo geweldig vinden dat we met deze groep naar hun hut zijn gekomen. De hut zit vol en het is er erg gezellig. Voor bijna heel onze groep is dit een totaal nieuwe ervaring. Het eten is prima, we kunnen in het Frühstück-raum zitten, zodat we op ons gemak de ervaringen kunnen uitwisselen. Vooral het slapen op het lager is een heel bijzondere ervaring.
De volgende ochtend nemen we na een prima ontbijt afscheid van de hut, de andere gasten en het personeel. Een deel van de groep gaat terug door de Höllentalklamm en een deel neemt de Stangensteig die met een brug over de kloof heen gaat. Bij de Höllentaleingangshütte treffen we elkaar weer. Samen gaan we het laatste stuk naar Hammersbach, waar we de bus oppikken om weer naar de camping te rijden. Hier breken we af om naar Camping 'Beim Ernst' in Huben in het Ötztal te rijden. 's Avonds eten we in een Italiaans restaurant en raken de meesten niet uitverteld over de ervaringen. Hoewel we het Kreuzeckhaus en de Klettersteig op de Alpspitze uit het programma hebben moeten schrappen, is dat voor niemand een probleem.
De volgende ochtend maakt de helft van de groep zich klaar om aan de klettersteig bij de Lehner Wasserfall te beginnen. De andere helft kijkt toe en verlost Oostenrijk van het restant koffie en Apfelstrudel.
De klettersteig is 350 meter lang en overbrugt een hoogteverschil van 180 meter. Bij het beginpunt nemen we rustig de tijd om de aankomende klimmers de werking van de klettersteigset duidelijk te maken. Deze techniek is snel onder de knie. De eerste meters zijn erg steil en daardoor voor de meesten erg spannend. Hierna gaat het gemakkelijker totdat we bij een overhang komen. De helft van de groep bedwingt deze overhang, de andere helft maakt gebruik van de alternatieve route. We zijn boven! Voor de klimmers is het overweldigend. Ze zijn totaal verbaasd over hun eigen prestatie. Zelden hebben wij als begeleiders mensen zo'n overwinning op zichzelf zien behalen. In het klettersteigboek proberen we weer te geven hoe fantastisch deze ervaring was. We eten en drinken wat en beginnen aan een zeer steile afdaling terug naar de bus.
Terug op de camping kunnen we aanschuiven aan de door Ernst georganiseerde 'barbekjoe'. Hierna maken we nog een kampvuur en na een gezellige avond kruipt iedereen tevreden in de slaapzak.
Op vrijdag hebben wij een afspraak met Raftingschule Ötztal. Na de nodige tijd om ons in de wet-suits te hijsen, vertrekken we richting Imst voor een vaart door de Imster Schlucht. Ook het raften is voor de meesten een nieuwe en overweldigende ervaring. De golven van meer dan een meter hoog imponeren. We hebben het geluk dat we een uitstekende Bootführerin hebben. Gabi blijkt zo op de groep te kunnen inspelen, dat iedereen uiteindelijk het water in duikt. We sluiten dit avontuur af op het terras van het naastgelegen hotel, waar we ons overgeven aan een heuse foodfight!
De volgende ochtend is het op tijd opstaan voor het vertrek naar het Hahlkogelhaus. De helft van de groep loopt de hele tocht, 800 hoogtemeters tot de hut, en de andere helft wordt per taxi een eind omhoog gereden. Om twee uur 's middags is iedereen in de hut. Hoewel we gepland hadden om in de middag de Hahlkogel nog te beklimmen, moeten we hiervan afzien vanwege een dreigend warmteonweer. De beklimming vervangen we door een wandeling waarbij Dirk tekst en uitleg geeft over het ontstaan van de Alpen, het gebied en de kaart. Ten slotte is het geweldig uitrusten aan een meertje.
Ook in het Hahlkogelhaus is er totale verbazing over het feit dat deze groep hier boven is gekomen en over de manier waarop we met elkaar omgaan.
De volgende ochtend is het voor de helft van de groep om vijf uur opstaan. Snel eten en klaarmaken voor de beklimming van de Hahlkogel, een klim van 600 hoogtemeters. Om zes uur vertrekken we en om half negen staan we op de top. Het is prachtig weer en dit is de ultieme bekroning van een fantastische bergsportweek. Onze ervaringen van deze week hebben we in het Gipfelbuch opgeschreven. De achterblijvers kunnen met de verrekijker vanaf het terras van de hut de klimmers volgen.
Zij nemen vervolgens op een geweldige manier afscheid van de Wirt en Wirtin. Ons bezoek heeft zoveel indruk gemaakt, dat Rob een Edelweisje krijgt van de Wirtin met het hartelijke verzoek om volgend jaar nog eens terug te komen. We dalen af en 200 meter lager wachten we de taxi op die ons naar het dal zal brengen. De klimmers lopen de 1400 hoogtemeters terug en de anderen beginnen op de camping vast met het afbreken van de tenten en het inladen van de bus.
Aan het einde van de volgende dag zijn we terug in Hilvarenbeek. Bij het afscheid zijn we trots op elkaar en trots op onszelf. Iedereen heeft op zijn of haar eigen manier van deze vakantie en de bergen genoten.
Informatie
Stichting Amarant heeft 'Gewoon Burgerschap' als uitgangspunt voor haar dienstverlening genomen. Dit betekent dat wij streven naar gelijke rechten voor de cliënten, waar wij als professionals en vrijwilligers voor werken, maar dat wij ze ook aanspreken waar het gaat om gelijke plichten. Tijdens deze vakantiereis kwam dit uitdrukkelijk naar voren. Op 2650 meter hoogte was er geen sprake meer van handicaps. Iedereen leverde op zijn of haar eigen manier een geweldige prestatie.
Meer informatie over deze reis of de organisatie:
Ruud van Gorp, Lokatiehoofd Vrijetijdsbesteding Amarant Regio Tilburg 1
tel 013-4632809 /06-22387745
fax 013-4635894
hoeplainternational@12move.nl
Geschreven door Ruud van Gorp
Gepubliceerd in Hoogtelijn 2003-4