5 maal via ferrata rondom Cortina d'Ampezzo
Hoeveel geluk kan je hebben met het weer gedurende anderhalve week in het hooggebergte? Het kan nooit meer zo zijn als in die periode van juli 2007 in de Dolomieten. Vanaf de dag van aankomst, donderdag de 12e tot en met het vertrek op zondag de 22e heeft de zon ons geen moment in de steek gelaten. Ideaal bergsportweer, onder verder optimale omstandigheden.
We verbleven op camping Dolomiti aan de rand van het wat mondaine dorp Cortina d’Ampezzo, een zeer geschikt uitgangspunt voor wintersport en bergtochten in de Italiaanse Dolomieten. We kwamen speciaal voor het beklimmen van via ferrata’s en hieronder volgt de beschrijving van deze tochten.
14-07-07: via ferrata del Formenton
We plannen onze tochten de avond tevoren zo goed mogelijk en toch kan het telkens anders lopen dan je verwacht had. Zo liep het ook vandaag helemaal niet zoals de bedoeling was.
Vanaf het dalstation (1120m) vlak bij de ijsbaan loopt de Tofana – gondellift in drie etappes naar het bergstation van de Cima Tofana (3191m).Toen we instapten dachten we nog dat deze lift ons in twee stappen naar de top zou leiden. We wilden bij het middenstation uitstappen in de verwachting dat we vanaf dat punt omhoog zouden lopen naar de via ferrata. We verlieten de lift echter zonder het door te hebben bij het eerste station. Liepen daar en zochten de weg, maar kwamen er na een uur achter dat we te vroeg uitgestapt waren. Dat was een onbegonnen tocht vanaf die hoogte, dus besloten we naar het liftstation terug te lopen en vervolgens maar helemaal door te gaan naar het bergstation. Het was de eerste via ferrata sinds twee jaar en we moesten het ons niet al te moeilijk maken en zeker geen laatste lift naar beneden missen later in de middag, want we waren niet echt vroeg vertrokken.
Het was een wandeling van 10 minuten naar het uitzicht- en startpunt van de via ferrata Tofana di Mezzo (3244m). Op dit punt is een doorkijk naar het gebergte aan de westzijde met prachtige vergezichten en begint direct de gezekerde weg van de via ferrata del Formenton. Langs een smalle, niet moeilijke weg loopt het spoor enigszins kronkelend omlaag. Op sommige plekken was het glad van de hagel en sneeuw van voorgaande dagen. Dat gaf het enige risico op dit verder geleidelijke pad. Na 160 hoogtemeters dalen lag een duidelijke markering van bergruggen, waarop direct een interessante klim omhoog volgde. Het was vooral leuk klauterwerk, maar kende geen enkel probleem verder. Op de Tofana di Dentro (3238m) was het uitzicht heerlijk, groots. We overwogen nog om af te dalen naar het tussenstation, maar besloten toch om dezelfde weg terug te lopen naar de hoogste lift.
Het was een prachtige klim, blauw gewaardeerd in sommige klimboekjes, maar wat mij betreft zat er een rood randje omheen.
15-07-07: Forcella de Zumeles (of Pomangonzug)
Het was ditmaal een rode klettersteig. Met de opbouw in moeilijkheidsgraad zat het dus wel goed. Technisch gezien was het echter een eenvoudige gezekerde klim. De tocht was echter behoorlijk zwaar en vermoeiend en soms zelfs een beetje vervelend.
De start was bij Rifugio “Col de Tonde”, een punt waar we nog net met de auto na een landweg konden komen, bij een skilift ongeveer 100m boven Cortina. We liepen eerst langs een boerderij en door een weide, daarna enkele honderden meters verder tot het pad het bos in omhoog kroop. Na 500 hoogtemeters kwamen we boven de boomgrens uit en werd het zwoegen in de hete en felle zon, terwijl het pad niet gemakkelijker liep. Bij het zien van de staalkabels werd het duidelijk dat daar de via ferrata begonnen was. Technisch gaf de klim geen enkel probleem. Steeds net onder de kam van de berg liep het smalle pad soms erg steil omhoog. Het uitzicht op de omgeving, Cortina ver in de diepte was fantastisch. De letterlijke hoogtepunten waren Forcella Pomagnon 2178m, Croda Cestellis 2342m, Punta Erbing 2301. Het overgrote deel van de klim was zonder zekering en was gewoon een prachtige bergwandeling op hoogte. Na Punta Erbing verdween het pad in de schaduw van een bos, waar we een lange stop hielden.
Na de pauze volgde een korte boswandeling tot het grootse uitzichtpunt van Forcella de Zumeles. Daarna volgde alleen nog de eindeloos lijkende afdaling naar de hut waar we begonnen waren. We liepen even mis bij een vage kruising van paden, maar konden dit tijdig herstellen. Ik kreeg steeds meer last van daalblaren en de toppen van mijn grote tenen, wat het lopen niet aangenamer maakte. Het goed gekoelde bier vergoedde binnen enkele minuten weer veel van het relatieve leed.
16-07-07: Via ferrata Tomaselli
Al voor 8.00u waren we opgestaan en de tent stond toen maar net in de hete zon. Ik nam veel tijd voor het verzorgen van mijn blaren en de gevoelige grote tenen, waardoor we niet zo vlot konden vertrekken. Vervolgens namen we extra tijd om betere sokken te kopen in Cortina – vreemd, altijd heb ik hetzelfde soort simpele sokken en zijn ze afdoende, maar dit jaar zat ik ineens onder de blaren.
Bij Passo Falzerego namen we de gondel naar het hoogste punt, niet ver verwijderd van Rifugio Lagazoi (2752m). We begonnen pas om 11.30u en liepen door een droge, woestijnachtige, langzaam op en aflopende vlakte naar Bivacco della Chiesa op 2660m, het startpunt van de Via ferrata Tomaselli. De klim begon direct uiterst steil en bij een van de eerste passages trok Fritz mij een klein stukje omhoog. Bijna loodrecht liep de weg omhoog en het kostte mij veel moeite om boven te komen. Technisch was het erg lastig, soms waren er overhangetjes, kleine greepjes en was het overzicht heel beperkt. Spierkracht had ik meerdere malen nodig en ook van de staalkabels moest ik regelmatig gebruik maken om mij omhoog te trekken. Het was gewoon een zware kluif. Op 2980m was het hoogtepunt, zuid-top van de Fanes bereikt. We hielden hier een eetpauze van 25 minuten en gingen direct weer verder, want Fritz had de hoop om op tijd voor de laatste lift beneden te zijn nog niet laten varen. De afdaling was ook nog een echte via ferrata. Heel steil, goed gezekerd en niet eenvoudig. Dat ging door tot ongeveer 300 meter lager, waarna het afdalen over goede paden en soms met morenegesteente verder ging. Het was hard werken eer we bij de pas waren waar de hut, de lift en de Passo Falzerego te zien waren. Hier moest een keus gemaakt worden tussen twee mogelijkheden: de laatste lift hadden we gemist, dus konden we overnachten in de hut, maar moesten we 200m stijgen of we konden 400m afdalen naar Falzerego met steeds pijnlijker wordende daalblaren. Slapen in een hut zonder noodzakelijke toiletartikelen en schone kleding was ook al niet aantrekkelijk, dus besloten we gewoon verder naar beneden te gaan. Ik sukkelde traag voetje voor voetje omlaag en deed er vast veel langer over dan normaal, maar uiteindelijk waren we om 19.00u bij de auto. Het was een prachtige, uitdagende klim, die zwart van kleur genoemd mag worden.
18-07-07: Via ferrata Guiseppe Olivieri en Gianni Aglio
De dag begon zonder meer voorspoedig. Precies op het moment dat we de auto parkeerden begonnen de stoeltjesliften bij Pie Tofana omhoog te bewegen. Dat was om 9.00u. We stapten uit bij Rifugio d’Aosta en begonnen direct aan een stevige, steile en saaie klim van 200 hoogtemeters over een kale skipiste. Het was brandend heet in de felle zon, zwetend en zuchtend bereikten we na 45 minuten het startpunt van de via ferrata op 2350m bij een zwarte gedenkplaat met de naam erop. Aanvankelijk was het lekker, goed gezekerd klauteren, maar de passages werden steeds steiler, zwaarder en moeilijker. Om 12.15u bereikten we de top van de klettersteig, Punta Anna, een steil oplopende torenspits op 2731m. Na een korte stop om van het fenomenale uitzicht te kunnen genieten, liepen we steil verder naar Doss de Tofana, waarna de andere zijde van de berg zichtbaar werd. Even later kwam ook het gondelstation van Ra Valles in zicht, waar tevens de aansluiting was met via ferrata Gianni Aglio.
Opnieuw volgde een lastige klettersteig met moeilijke passages. Het lukte echter, soms na lang denkwerk, wonderwel. Het uitzicht op de omgeving bleef dankzij de heldere blauwe lucht wijds en groots. Echt eng was een passage van enkele tientallen meters langs een zeer smal randje aan een overhang. Met mijn handen om het staaldraad kon ik mijzelf staande houden. Kort na dit punt rustten we op een plateau van rotsen met zicht op een soort pas onder ons. Toen we omlaag gelopen waren naar deze pas konden we de weg niet direct vinden. Ik bleef staan en keek om mij heen, terwijl Fritz iets boven mij achter een rots een kijkje nam. Op dit punt gleed hij van een stuk steen en stootte zijn been tegen een scherpe rotspunt. Hij schreeuwde dat hij zwaar gewond was en hevig bloedde. Uit zijn scheenbeen kwamen straaltjes bloed en met enig kunst- en vliegwerk lukte het ons een noodverband aan te leggen, zodat het bloed gestelpt kon worden. Fritz kon er gelukkig goed mee lopen en klimmen en we zetten er goed de pas in om het laatste, niet te lastige deel van de tocht te klaren. Toch lukte het net niet om op tijd de laatste lift naar beneden te halen. We kwamen op een stil, verlaten Cima Tofana (3191m) aan. Paniek! Fritz moest naar de eerste hulp om de wond te laten hechten en kon niet veilig overnachten eerst. In Italië bleek 112 118 te zijn en na veel heen en weer getelefoneer en miscommunicatie bleek het onmogelijk dat de funivia nog omhoog zou komen om ons op te halen. Er was nog maar een ding mogelijk: hulp van een helikopter. Die kwam ons een half uur later ophalen en bracht ons direct naar het ziekenhuis van Cortina. In vuile en bezwete kleding wachtte ik in de wachtkamer, terwijl Fritz het hele ziekenhuis bij elkaar brulde toen hij drie verdovingsinjecties kreeg. Daarna werd het een hele tijd doodstil, werden er 20 hechtingen pijnloos ingenaaid en kwam hij na een half uur vrolijk lopend de behandelkamer uitlopen.
20-07-07, Via ferrata Rene de Pol
Om 10.30u stonden we op het startpunt van de via ferrata, waar we de auto aan de weg bij Rifugio Alb. Ospitale (1490m) geparkeerd hadden. Eerst liepen we gedurende een ruim kwartier over een loipe, die ook gebruikt werd als mountainbike route, vervolgens sloegen we bij een brug, Piam del Forames, rechts het bos in. Het pad liep direct steil omhoog, maar hijgend en puffend schoten we lekker op, we hadden er goed de vaart in. Een klein stuk na de boomgrens, bij veel uit de 1e wereldoorlog resterende holen in de rotsen, begon na anderhalf uur klimmen de klettersteig op 2080m. Het was een leuke, niet bijzonder moeilijke klim met enkele stiften, een ladder en veel slaphangende lange staaldraden. Na een uur en 15 minuten via ferrata bereikten we een top, de Forame de Inze, 2385m. Het uitzicht was schitterend. Hier hielden we een korte stop, waarna nog een korte klim de verdere afdaling inleidde. Eerst over een duidelijk pad, later werd dit smaller en lastiger door veel losliggende stenen. Na een soort kom volgde een korte stijging tot de bergrand, vanwaar de Forcella Verde (2380m) zichtbaar werd. Een meter of dertig onder de pas hielden we een langere pauze tussen de brokstukken in het midden van de morene.
Om 16.30u namen we de weg direct naar beneden, we stortten ons als het ware in de puinbakafdaling. Ik gebruikte voor het eerst stokken bij de afdaling en dat beviel mij best. Het ging vlotter dan ik gewend was. Aan het einde van de afdaling door het puin verwisselde ik mijn bergschoenen met gewone sportschoenen, om minder last van mijn gekwetste tenen te hebben. Dat werkte goed. We kregen echter grote problemen met het vinden van het pad, want dat bleek verwaarloosd, ongemarkeerd en over enge afgronden bij de kloof te lopen. Vooral een stuk dat overwoekerd was door kleine dennen vond ik een ware ramp. Het was bijna ondoordringbaar en mijn stokken die aan mijn rugzak bevestigd zaten bleven steeds aan takken hangen. Na veel pijn en moeite, struikelpartijen en opgelopen schaafwonden, kwamen we weer uit op het goede pad, waar we op de heen weg naar boven gelopen waren. Vanaf dit punt moest er nog 400 hoogtemeters afgedaald worden. Pas om 19.45u waren we weer terug bij de auto.
Achteraf hadden we kunnen weten dat deze afdaling zeer lastig zou zijn. Bij Schwierigkeiten/Gefahren meldde Hans Kammerer in Klettersteigen in den Dolomiten:
„Man sollte sich keineswegs von den Spuren im westseitigen Kar zum Abstieg verleiten lassen, der verfallene Steig durch den steilen, zur Felizonschlucht abbrechenden Latschenhang ist aufgelassen und nicht mehr markiert worden und kaum noch zu finden, ein Abenteuer.....“
Geschreven door Frans Guit